De coronapandemie grijpt steeds dieper en akeliger in op ons maatschappelijk bestel. Het fysieke en mentale leed onder de bevolking neemt schrijnende vormen aan. Deze pandemie trekt ook elke dag een beetje meer een dieprood spoor door onze economie. Conjunctuurvoorspellers moeten slag om slinger hun prognoses bijstellen, meestal neerwaarts. We hebben te maken met de zwaarste economische crisis sinds de Tweede Wereldoorlog. Sporen van een sterk en uitgesponnen herstel vallen voorlopig niet te ontwaren.
De strijd tegen de pandemie inspireerde maatregelen die - soms terecht, soms minder terecht - negatief inwerken op de vraag en op het aanbod in de economie. Die maatregelen en de algehele sfeer rond de crisis wakkeren de angst en de onzekerheid fors aan. Dat verlamt de economische machine nog verder. Consumenten houden de knip op de portemonnee omdat de toekomst van job en inkomen onzeker lijkt of het al is. Ernstig geleide ondernemingen bereiden zich voor op het ergste, voeren forse saneringen door en laten investeringsplannen in de schuif liggen. Exportgedreven ondernemingen kampen met een terugvallende vraag in bijna alle buitenlandse afzetmarkten.
Alsof de coronacrisis al niet voldoende averij veroorzaakt, duiken nog bijkomende onzekerheden op. De onduidelijke afloop van de brexitonderhandelingen is een onderdeel van die aanwakkerende onzekerheidsgolf. De kans is reëel dat in de nasleep van de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 3 november het financieel-economisch bestel een nieuwe onzekerheidstsunami te verwerken krijgt.
Het gaat niet zozeer om de uitslag van de verkiezingen op zich. De algemene verwachting is dat Trump verliest. Maar de president en zijn directe omgeving hebben al meerdere malen duidelijk laten verstaan dat het voor hen niet evident is een nadelige uitslag zomaar te aanvaarden. Trump & co. vuren allerhande verhalen af over fraude die vooral Trump zwaar zou benadelen. Zoals de gewoonte geworden is met deze president, lijkt een behoorlijke dosis fictie door die verhaallijnen te lopen.
De vraag die steeds meer rijst en steeds meer mensen - bijvoorbeeld in de financiële sector - ernstig zorgen begint te baren, is wat er gebeurt als Trump weigert het Witte Huis te verlaten omdat hij de uitslag van de verkiezingen niet aanvaardt. De oproep die hij voortdurend richt aan zijn vaak fors bewapende aanhang om in die omstandigheden aan zijn zijde te blijven, doet in en buiten de VS de haren te berge rijzen.
Als die onwaarschijnlijke situatie - een zittende president die de verkiezingen verliest en vervolgens dat electorale gegeven naast zich neerlegt - zich voordoet, glijden de Verenigde Staten allicht zeer snel af naar een chaotische toestand van grote politieke, institutionele en maatschappelijke onzekerheid. Met andere woorden: toestanden eigen aan een bananenrepubliek in het land dat nog altijd de belangrijkste economie van de wereld is en het thuisland van de munt waarrond het merendeel van de wereldeconomie en de wereldhandel draait.
Een dergelijke dramatische ontwikkeling in Washington zal de vele smeulende brandhaarden in de financiële wereld fors aanwakkeren en meer dan waarschijnlijk uitslaande branden doen ontstaan. Het geldbeleid van de centrale banken van de jongste tien tot vijftien jaar creëerde veel onnatuurlijke situaties. Voortdurende zeepbellen, een zeer forse toename van de private en publieke schulden en steeds meer zombiebedrijven die alleen overleven dankzij zeer lage tot zelfs negatieve rentevoeten zijn enkele voorbeelden van de ontsporingen die samenhangen met het ultra-expansieve geldbeleid.
De kans op een dergelijk onverkwikkelijk scenario is eerder beperkt. Laten we vooral hopen dat het zich niet voordoet. Het laatste wat de door corona zwaar geteisterde wereldeconomie nodig heeft, is een nieuwe financiële megacrisis.