Wat verandert er?
Voortaan wordt uitgegaan van de goede trouw van de ondernemer en niet langer enkel van de kwade trouw. Meer bepaald wordt de opgelegde boete op verzoek van de onderneming sowieso volledig kwijtgescholden indien de volgende voorwaarden zijn vervuld:
- Het gaat om een eerste overtreding van dezelfde aard, in een referentieperiode van vier jaar.
- De overtreding werd begaan te goeder trouw. Men gaat in eerste instantie uit van de goede trouw. De administratie moet kwade trouw steeds kunnen aantonen.
- De overtreding heeft geen impact op het bedrag van de verschuldigde btw.
Concreet
Concreet betekent dit dat boetes die opgelegd worden naar aanleiding van bijvoorbeeld het laattijdig indienen van een btw-listing, het vermelden van een bedrag in een foutief rooster van de aangifte zonder impact op het bedrag van de verschuldigde btw, het niet voldoen van de btw op een handeling terwijl die btw ook volledig aftrekbaar is, het uitreiken van een factuur die niet voldoet aan één of andere vormvereiste … op eenvoudig verzoek van de onderneming volledig wordt kwijtgescholden.
De nieuwe richtlijnen gelden, in geval van goede trouw, zowel voor boetes van de klassieke btw-controlediensten als de Bijzondere Belastinginspectie. De regels zijn van toepassing op alle verzoekschriften tot kwijtschelding voor boetes opgelegd na 1 januari 2018.